College voor de Rechten van de Mens: Belastingdienst discrimineerde mensen van buitenlandse afkomst

UTRECHT - De Belastingdienst heeft bij de aanpak van fraude met kinderopvangtoeslag mensen van buitenlandse afkomst gediscrimineerd. Mensen met een niet-Nederlandse achtergrond werden vaker als potentiële fraudeur aangezien. Dat concludeert het College voor de Rechten van de Mens. "De werkwijzen en processen van de Belastingdienst/Toeslagen troffen in het bijzonder personen met een buitenlandse afkomst." Dat meldt RTL Nieuws.

Het onderzoek draaide om de harde fraudeaanpak van de afdeling Toeslagen van de Belastingdienst. De vraag daarbij was of die aanpak mensen van buitenlandse afkomst vaker trof dan mensen met een Nederlandse afkomst.

Volgens het College is het antwoord op die vraag heel duidelijk: "Personen met een buitenlandse afkomst werden aanzienlijk vaker voor toezicht geselecteerd dan personen van Nederlandse afkomst". Ze kregen ook aanzienlijk vaker de kwalificatie 'opzet/grove schuld'.

Het onderzoek van het College voor de Rechten van de Mens richt zich op verschillende vormen van fraudeaanpak door de Belastingdienst, zoals het CAF-team ('Combiteam Aanpak Facilitators') en HOTHOR ('Hoge Toeslagen, Hoog Risico').

Het College constateert dat mensen van buitenlandse afkomst bij de CAF-aanpak zestien keer vaker te maken kregen met de fraudejagers dan mensen van Nederlandse afkomst. Ook bij de HOTHOR-aanpak werden mensen met een buitenlandse afkomst ruim vijf keer vaker eruit gepikt.

Laatste nieuws