Prinsjesdag 2021 voor het mkb

DEN HAAG - Op Prinsjesdag presenteerde het kabinet de belangrijkste plannen voor 2022. Komend jaar betaal je minder inkomstenbelasting in de eerste schijf. Minder gunstig is de daling van de zelfstandigenaftrek. 

Een aantal zaken die er veranderen voor het MKB in 2022:

1. Kleine daling inkomstenbelasting

Het tarief in de eerste schijf van de inkomstenbelasting (inkomens tot 69.398 euro) daalt van 37,1 naar 37,07%. Dit geldt voor ondernemers jonger dan de AOW-leeftijd. Voor AOW’ers daalt het tarief van 19,2 naar 19,17%. De wijziging gaat naar verwachting in op 1 januari 2022 en geldt voor de ruim 1,6 miljoen ondernemers die onder de inkomstenbelasting vallen. Heb je een eenmanszaak, vennootschap onder firma, maatschap of commanditaire vennootschap? Dan heeft de daling invloed op je inkomstenbelasting.

2. Daling zelfstandigenaftrek zorgt voor minder belastingvoordeel

De zelfstandigenaftrek daalt in 2022 met 360 euro van 6.670 naar 6.610 euro. De verlaging betekent minder belastingvoordeel. Het bedrag waar je belasting over betaalt wordt hoger en je gaat dus meer inkomstenbelasting betalen.

Over je inkomen vanaf 69.398 euro, de tweede schijf in de inkomstenbelasting, betaal je 49,5% belasting. Van je zelfstandigenaftrek en andere aftrekposten, zoals mkb winstvrijstelling en hypotheekrenteaftrek, krijg je in deze schijf maar 40% terug. Dat was dit jaar (2021) nog 43%.

Heb jij een eenmanszaak, vof, maatschap of commanditaire vennootschap? Dan kun je als je minimaal 1225 uur per jaar besteedt aan je eigen zaak en je inkomsten vallen onder winst uit onderneming gebruikmaken van deze aftrek.

3. Financieel voordeel door verruimd begintarief vennootschapsbelasting

In 2022 betaal je 15% vennootschapsbelasting over de eerste 395.000 euro winst. Dat is een verlenging van de eerste schijf met 150.000 ten opzichte van 2021. Over de winst boven 395.000 euro blijft het tarief 25%.

Bereikt je bv in 2022 dit verruimde winstbedrag, dan levert dat je bv een voordeel op van 10% over 150.000 euro. Keer je dit bedrag van 15.000 euro uit aan jezelf, dan blijft daar na aftrek inkomstenbelasting (box 2) nog bijna 11.000 euro van over.

4. STAP-subsidie vervangt scholingsaftrek

Volgen je medewerkers een cursus, training of opleiding om hun loopbaan te versterken? De Subsidie Stimulans Arbeidsmarkt Positie (STAP) vervangt de fiscale aftrek van scholingsuitgaven. Medewerkers moeten de subsidie zelf aanvragen.

De hoogte is afhankelijk van de kosten van de scholingsactiviteit en is per persoon maximaal 1.000 euro per jaar. Naar verwachting stopt de aftrek van scholingsuitgaven per 1 januari 2022 en geldt de STAP per 1 maart 2022. Subsidie voor scholing in januari en februari 2022 verleent de overheid waarschijnlijk met terugwerkende kracht.

In 2021 zijn de scholingsuitgaven nog aftrekbaar in de inkomstenbelasting. Er geldt een drempel van 250 euro en een maximumaftrek van 15.000 euro. 

5. klimaatsubsidies en -regelingen

Het kabinet verhoogt belastingvoordelen en subsidies voor burgers en ondernemers, bijvoorbeeld voor het verduurzamen van gebouwen. Deze plannen zijn onderdeel van de 6,8 miljard euro aan maatregelen die de CO2-uitstoot moeten verminderen.

Het kabinet stimuleert bedrijven om te investeren in innovatieve, milieuvriendelijke bedrijfsmiddelen met de Milieu-investeringsaftrek (MIA). Hiermee mogen bedrijven een percentage van de investeringskosten aftrekken van hun fiscale winst. Zij betalen dan minder inkomsten- en vennootschapsbelasting.

De MIA kent nu 3 percentages: 13,5, 27 en 36. Vanaf 1 januari 2022 verhoogt het kabinet deze naar 27, 36 en 45. Op die manier krijgen bedrijven een hogere korting en worden milieuvriendelijke investeringen aantrekkelijker.

6. Verliezen verrekenen VPB wordt verruimd en beperkt

Verliezen binnen je bv mag je vanaf 2022 in tijd onbeperkt meenemen naar volgende boekjaren (carry forward). De maximumtermijn is nu nog 6 jaar. In een volgend boekjaar mag je 1 miljoen euro verrekenbaar verlies met de winst verrekenen. Daarna mag je een eventueel resterend verrekenbaar verlies tot een hoogte van 50% met de resterende winst verrekenen. Het restant mag dan naar een volgend boekjaar. De termijn van 1 jaar terug (carry back) blijft ongewijzigd.

7. Thuiswerkkostenvergoeding van maximaal 2 euro per dag

Ook na de coronacrisis zal een deel van de werknemers thuis blijven werken. Per 1 januari 2022 kun je als werkgever een onbelaste thuiswerkkostenvergoeding van maximaal 2 euro per dag geven. Je spreekt af op welke dagen je medewerker thuiswerkt. De vergoeding hoef je niet aan te passen als je medewerker incidenteel op een thuiswerkdag toch op kantoor werkt, of andersom.

Voor het inrichten van een thuiswerkplek konden werkgevers al een onbelaste vergoeding geven. Ook blijft de onbelaste reiskostenvergoeding van maximaal 0,19 euro per kilometer voor woon-werkverkeer bestaan.

Laatste nieuws